Rob Altena

Rob geeft les in Prinsenbos: “Als ze de natuur begrijpen, gaan ze er ook van houden”Iedere Westlandse basisschoolleerling heeft wel eens een keer een excursie in het Prinsenbos meegemaakt. Leren over de tjiftjaf en de koolmees, water- en bodemdiertjes onderzoeken en rennen door de wilgentunnel, wie heeft het niet gedaan. Rob Altena is één van de enthousiaste vrijwilligers die kinderen de liefde voor de natuur bijbrengen in het Prinsenbos.Rob (68) loopt zo’n anderhalf uur met de kinderen rond en laat wat hij hen over de natuur vertelt grotendeels afhangen van de natuur zelf. “Natuurlijk heb ik wel een stramien in mijn hoofd, maar verder laat ik de natuur haar eigen verhaal vertellen aan de hand van wat we tegenkomen onderweg. Na die anderhalf uur is er nog zoveel meer te vertellen, maar dat is dan goed voor de volgende keer”.  Het geven van de excursies ligt in het verlengde van zijn werk in het basisonderwijs, dat hij 45 jaar met veel plezier heeft gedaan op de Verburchhof in Poeldijk en de Mariaschool in Wateringen. “Ik kom nog regelmatig op mijn oude school, waar ik taalmaatje ben, en dan vragen leerlingen nog steeds of ik weer geschiedenis kom geven.” Met de lessen in het Prinsenbos kan ik mijn hart weer ophalen. Ik weet hoe je kinderen kunt boeien, hoe je ze kunt uitdagen.”Wilg als pijnstillerDat doet Rob door aansprekende voorbeelden te gebruiken. “Zo vraag ik hen of ze weten hoeveel colaflessen gevuld met water de grote kastanjeboom per dag drinkt? En dan vertel ik dat die boom zo’n vijfhonderd liter per dag drinkt, dus reken maar uit hoeveel flessen!  Of ik vertel een stukje geschiedenis over de wilg als we bij de wilgentunnel zijn. Daar kun je natuurlijk leuk doorheen rennen. Maar ik vertel dan dat,  buiten dat van wilgen vroeger manden werden gemaakt, ze ook dienst deden als medicijn. In de wilg zit namelijk dezelfde werkzame stof als in paracetamol. Ik vraag  de kinderen wie er wel eens hoofdpijn heeft gehad en wat ze dan kregen van hun vader of moeder. Dan laat ik ze zien dat vroeger de paracetamol uit de natuur kwam, door op een twijgje van een wilg te kauwen! En als ik in het kader van de herfst vertel over trekvogels, vergelijk ik deze met Max Verstappen. Die gaat hard, maar deze vogels ook, zeg ik dan. En ze gaan wel vijfduizend kilometer door zonder te rusten, en zonder navigatie! Of we gaan naar de vogel uitkijkplaats met de verrekijker.  Dan mogen ze vertellen welke vogels ze zien.”Wat hem wel opvalt, is dat de meerderheid van de kinderen bijna geen specifieke vogels herkent. “In een groep van 25 zijn er drie die weten wat een koolmees is, en een of twee die een pimpelmees of roodborst herkennen. Voor de meesten zijn dit gewoon mussen. Dat is best vreemd als je beseft dat je hier toch in een enigszins groen gebied zit en niet in hartje Den Haag! Aan de hand van een boekje met vogelgeluiden ga ik dan met ze naar buiten met de vraag of ze de koolmees of de merel kunnen horen.”      Rob ziet uit naar de komende voorjaarswandelingen. “Dan laat ik speenkruid zien, dat veel op de boterbloem lijkt, maar net wat andere blaadjes heeft. Of ik zoek klein hoefblad op, dat veel weg heeft van een paardenbloem, maar waarvan ook de blaadjes net wat anders zijn. En leg ik uit dat de eerste voorjaarsbloemen nog kleine blaadjes hebben omdat ze nog niet zoveel water hoeven te verdampen.”Actie is reactieZijn motto is, dat als je kinderen dingen uitlegt over de natuur door naar buiten te gaan, ze de natuur gaan begrijpen. Dit veroorzaakt een kettingreactie, zo geeft hij aan. “Als ze de natuur begrijpen, gaan ze er ook van houden. En als je ervan houdt, dan wil je het beschermen. En dat is heel belangrijk met het oog op de toekomst.”Rob gaat dan ook naar eigen zeggen voor 99 procent met een voldaan gevoel weer naar huis na een excursie. “Buiten bezig zijn en ze iets bijbrengen is van groot belang. Ik merk dat ouders bijna de natuur niet meer in gaan om kinderen dingen te laten zien.”Vrijwilligers en voorwerpen welkomDe vrijwilligers die de lessen in het Prinsenbos verzorgen, zijn daarom heel belangrijk. Dit geldt ook voor de vrijwilligers die er het snoei- en schilderwerk doen. Uitbreiding van het team is dan ook altijd welkom. Dit geldt ook voor dingen die mensen vinden in de natuur en die interessant kunnen zijn voor de lessen. “Een verlaten vogelnest of gevonden veren bijvoorbeeld, kunnen altijd hier worden ingeleverd”, aldus Rob.Wat niet welkom is tenslotte, is het vuil dat door mensen na een mooie dag aan de plas wordt achtergelaten. “Als je ziet dat de prullenbak vol is, neem je rommel dan mee naar huis en gooi het daar weg. Uit respect voor de natuur!”       

Lees het verhaal

Geïnspireerd...?

Meld je aan

Meer inspiratie?

Bekijk alle verhalen