Marianne verpakt lokale producten: “BoereGoed betekent heel veel voor mij”
- BoereGoed werkt aan de teelt en verkoop van lokale en gezonde voedingsproducten, en aan het helpen van elkaar in werk en samenleving. Iedereen is welkom bij de organisatie, die niet voor niets haar missie formuleert als: “BoereGoed, Goed voor Mensen”. Er werken hoofdzakelijk vrijwilligers, die veelal een afstand tot de arbeidsmarkt hebben. Een enthousiaste vrijwilligster bij BoereGoed aan de Opstalweg in Naaldwijk is Marianne Veldhoven-Westerman.
Marianne (47) kreeg negen jaar geleden te horen dat haar lichaam “op” was voor haar leeftijd. “Niet fijn om te horen als je nog zo jong bent, maar je moet je erbij neerleggen”, zo zegt ze. Maar omdat ze, zoals ze het zelf omschrijft, geen stilzitter is, prijst ze zich gelukkig met haar vrijwilligerswerk en oproepcontract bij BoereGoed. “Ik werk twee dagen in de week als vrijwilliger en heb voor de resterende dagen een 0-uren contract. En één dag in de week doe ik een poging om een vrije dag te hebben, haha. Dit is officieel de dinsdag, want dat is een rustige dag hier. Dan wordt de winkel gevuld voor woensdag en komen leerlingen van de Herman Broerenschool ook werkkistjes vullen voor de woensdag. Dan heeft Johan dus genoeg hulp.”
Rijden
Van Johan is Marianne de rechterhand in de verwerking. “We pakken producten in en maken werkkistjes. Ik heb ook een tijdje met de bestelauto werkkistjes rondgebracht bij bedrijven en doe dat incidenteel nog wel eens naar kinderdagverblijven. Ik vind rijden heerlijk en het is trouwens heel goed voor me geweest met het oog op het leren kennen van Westland en omgeving.”
Marianne woont hier namelijk nog maar sinds augustus 2023. Ze is vanuit Winschoten in “het hoge noorden” afgezakt naar Westland door haar relatie met een rasechte Westlander, met wie ze inmiddels is getrouwd. Ze is redelijk gewend geraakt aan de Westlandse mentaliteit. “Alleen dat avondeten he…. Naar mijn idee genieten ze hier niet van. Ze schuiven alles achter elkaar naar binnen, want tijd is geld, haha.”
Gelijkgestemden
Door haar relatie, maar ook door BoereGoed, is Marianne in rustig vaarwater gekomen na een turbulent leven. “BoereGoed betekent heel veel voor mij. Als dat er niet geweest was, zou ik gek geworden zijn en teruggegaan zijn naar het noorden. Ik werk er nu sinds maart vorig jaar en het werken in de verwerking is prima voor mij. Ik kon ook kiezen voor bijvoorbeeld werken in de zorg met ouderen, maar aangezien ik me teveel hecht aan mensen zou dit niets voor mij zijn geweest. Nu hecht ik mij aan mijn fijne groep van een stuk of acht collega’s, die ondertussen een vriendengroep is geworden. Onlangs zijn ze zelfs gezellig bij ons wezen eten. Het is een heerlijke groep van gelijkgestemden, want iedereen heeft een rugzakje en sommigen hebben net als ik therapie gehad. Ik zie bij hen soms herkenbare dingen en weet dan donders goed: “Die heeft even zo’n dag”. Op hun beurt weten mijn collega’s ook van mij af. We begrijpen elkaar over en weer!”
Vrijwilligers welkom
BoereGoed is van grote betekenis voor Marianne, maar zij betekent ook heel veel voor haar werkgever. “Dat hoor ik wel om me heen. Ik pak de dingen makkelijk op, kan snel switchen en zeg niet snel nee. Zij vragen en ik draai! Ik ben makkelijk en zie wel hoe de dag gaat, laat m’n kop niet gek maken. Dit vind ik een goede eigenschap, die ik ontwikkeld heb door alles wat ik heb meegemaakt. In Groningen heb ik als vrijwilliger bij kledingbank Maxima gewerkt. Toen ik daar binnenkwam was ik een muisje en toen ik wegging enorm gegroeid. Het gaat nu goed met me. Meer verantwoordelijkheid in mijn werk dan dit wil ik ook niet, want dan blijft het goed gaan. Johan kan met een gerust hart de vrijdag vrij nemen, want dat red ik makkelijk alleen zegt hij. Ik begeleid ook een stagiaire op woensdag. Dat meisje is nog een beetje in haar schulp en omdat ik rustig ben gaat dat goed. De meeste stagelopers zijn overigens nu weer klaar bij ons en daarom komen we bijvoorbeeld in de winkel handen tekort. Vrijwilligers zijn daarom van harte welkom!”
Op de site (www.boeregoed.nl) kun je daar meer over vinden en zie je dat er naast mensen voor de Farmshop ook vrijwilligers nodig zijn voor bijvoorbeeld de Buurtkas of buitenruimte, en als chauffeur of in het onderhoud of begeleiding.
Blij
Het plezier in haar werk wordt bekroond met niet alleen haar blije gezicht, maar ook met dat van de klant. “Daar doe je het voor. Toen ik nog bij de kledingbank werkte en nu ook weer bij BoereGoed. Ik ga dan ook altijd naar huis met een voldaan gevoel!
Rob Altena
Rob geeft les in Prinsenbos: “Als ze de natuur begrijpen, gaan ze er ook van houden”Iedere Westlandse basisschoolleerling heeft wel eens een keer een excursie in het Prinsenbos meegemaakt. Leren over de tjiftjaf en de koolmees, water- en bodemdiertjes onderzoeken en rennen door de wilgentunnel, wie heeft het niet gedaan. Rob Altena is één van de enthousiaste vrijwilligers die kinderen de liefde voor de natuur bijbrengen in het Prinsenbos.Rob (68) loopt zo’n anderhalf uur met de kinderen rond en laat wat hij hen over de natuur vertelt grotendeels afhangen van de natuur zelf. “Natuurlijk heb ik wel een stramien in mijn hoofd, maar verder laat ik de natuur haar eigen verhaal vertellen aan de hand van wat we tegenkomen onderweg. Na die anderhalf uur is er nog zoveel meer te vertellen, maar dat is dan goed voor de volgende keer”. Het geven van de excursies ligt in het verlengde van zijn werk in het basisonderwijs, dat hij 45 jaar met veel plezier heeft gedaan op de Verburchhof in Poeldijk en de Mariaschool in Wateringen. “Ik kom nog regelmatig op mijn oude school, waar ik taalmaatje ben, en dan vragen leerlingen nog steeds of ik weer geschiedenis kom geven.” Met de lessen in het Prinsenbos kan ik mijn hart weer ophalen. Ik weet hoe je kinderen kunt boeien, hoe je ze kunt uitdagen.”Wilg als pijnstillerDat doet Rob door aansprekende voorbeelden te gebruiken. “Zo vraag ik hen of ze weten hoeveel colaflessen gevuld met water de grote kastanjeboom per dag drinkt? En dan vertel ik dat die boom zo’n vijfhonderd liter per dag drinkt, dus reken maar uit hoeveel flessen! Of ik vertel een stukje geschiedenis over de wilg als we bij de wilgentunnel zijn. Daar kun je natuurlijk leuk doorheen rennen. Maar ik vertel dan dat, buiten dat van wilgen vroeger manden werden gemaakt, ze ook dienst deden als medicijn. In de wilg zit namelijk dezelfde werkzame stof als in paracetamol. Ik vraag de kinderen wie er wel eens hoofdpijn heeft gehad en wat ze dan kregen van hun vader of moeder. Dan laat ik ze zien dat vroeger de paracetamol uit de natuur kwam, door op een twijgje van een wilg te kauwen! En als ik in het kader van de herfst vertel over trekvogels, vergelijk ik deze met Max Verstappen. Die gaat hard, maar deze vogels ook, zeg ik dan. En ze gaan wel vijfduizend kilometer door zonder te rusten, en zonder navigatie! Of we gaan naar de vogel uitkijkplaats met de verrekijker. Dan mogen ze vertellen welke vogels ze zien.”Wat hem wel opvalt, is dat de meerderheid van de kinderen bijna geen specifieke vogels herkent. “In een groep van 25 zijn er drie die weten wat een koolmees is, en een of twee die een pimpelmees of roodborst herkennen. Voor de meesten zijn dit gewoon mussen. Dat is best vreemd als je beseft dat je hier toch in een enigszins groen gebied zit en niet in hartje Den Haag! Aan de hand van een boekje met vogelgeluiden ga ik dan met ze naar buiten met de vraag of ze de koolmees of de merel kunnen horen.” Rob ziet uit naar de komende voorjaarswandelingen. “Dan laat ik speenkruid zien, dat veel op de boterbloem lijkt, maar net wat andere blaadjes heeft. Of ik zoek klein hoefblad op, dat veel weg heeft van een paardenbloem, maar waarvan ook de blaadjes net wat anders zijn. En leg ik uit dat de eerste voorjaarsbloemen nog kleine blaadjes hebben omdat ze nog niet zoveel water hoeven te verdampen.”Actie is reactieZijn motto is, dat als je kinderen dingen uitlegt over de natuur door naar buiten te gaan, ze de natuur gaan begrijpen. Dit veroorzaakt een kettingreactie, zo geeft hij aan. “Als ze de natuur begrijpen, gaan ze er ook van houden. En als je ervan houdt, dan wil je het beschermen. En dat is heel belangrijk met het oog op de toekomst.”Rob gaat dan ook naar eigen zeggen voor 99 procent met een voldaan gevoel weer naar huis na een excursie. “Buiten bezig zijn en ze iets bijbrengen is van groot belang. Ik merk dat ouders bijna de natuur niet meer in gaan om kinderen dingen te laten zien.”Vrijwilligers en voorwerpen welkomDe vrijwilligers die de lessen in het Prinsenbos verzorgen, zijn daarom heel belangrijk. Dit geldt ook voor de vrijwilligers die er het snoei- en schilderwerk doen. Uitbreiding van het team is dan ook altijd welkom. Dit geldt ook voor dingen die mensen vinden in de natuur en die interessant kunnen zijn voor de lessen. “Een verlaten vogelnest of gevonden veren bijvoorbeeld, kunnen altijd hier worden ingeleverd”, aldus Rob.Wat niet welkom is tenslotte, is het vuil dat door mensen na een mooie dag aan de plas wordt achtergelaten. “Als je ziet dat de prullenbak vol is, neem je rommel dan mee naar huis en gooi het daar weg. Uit respect voor de natuur!”
Lees het verhaal