Gaby en Shirley
Gaby en Shirley dansen al twaalf jaar met leden special dance DOS én elkaar
Al twaalf jaar zijn Gaby de Bruin (28) en Shirley Kuijvenhoven (34) een team. Zo lang al begeleiden ze samen de leden van special dance van DOS Naaldwijk bij hun danslessen. “Onze samenwerking gaat heel natuurlijk. Wij hebben aan een half woord genoeg.”
Een dergelijke interactie heb je niet met iedereen, zo beseffen de twee. “We maken allebei een stukje van de dans die we ze in de les gaan leren. Als het op het podium niet werkt, passen we het meteen aan en komen dus gelijk met een oplossing. We zijn hierin goed op elkaar ingespeeld. We hebben ook geen constante focus op het leren van een nieuwe dans. Soms doen we dansmemory of een balspel. We proberen nieuwe spelletjes te bedenken en innovatie toe te passen. Het hoeft ook niet altijd over dans te gaan, soms is het ook gewoon even de hoofden leegmaken of hen op een andere manier uitdagen.”
De dames werken wel volgens een bepaalde structuur, die nu eenmaal belangrijk is voor deze doelgroep. “Aan het begin van de les staan we standaard in de kring en vertellen we wat het plan is voor de les. We doen dan een warming up, leren een nieuw stukje of doen een spelletje op z’n tijd. Als je de les omgooit zijn ze niet in paniek hoor. Als de lesopbouw maar duidelijk is.”
Lachen om een boer
Voor hun keuze voor special dance, hebben ZZP-er voor de overheid Gaby en van oorsprong kinderverpleegkundige Shirley een duidelijke verklaring. “Wij zijn allebei nieuwsgierig naar de doelgroep. Shirley vanuit haar werkveld en Gaby met het oog op het voelen van energie als ze de hele dag met haar kantoorbaan is bezig geweest. Alles kan bij hen even en het is nooit gek genoeg. Ze kunnen bijvoorbeeld ongegeneerd een boer laten en daar met z’n allen keihard om lachen. We stellen geen hoge doelen en iedereen is gelijk aan elkaar. Als ze juichend en joelend binnenkomen en je die waardering geven als ze weggaan, wordt je daar op de één of andere manier door getriggerd.” Gaby vult aan: “Als er vroeger in het zwembad iemand met het syndroom van Down naar me toe kwam, ging ik met diegene zwemmen. Dat doet niet iedereen.”
Armen strekken
Het resultaat van de danslessen wordt jaarlijks binnen en buiten DOS gedemonstreerd in respectievelijk een kleine en een hele grote show. Deze laatste is in het Westland inmiddels uitgegroeid tot een waar fenomeen, waarvoor kaartjes moeten worden aangeschaft. Van de drie altijd uitverkochte shows, zitten de dansers van special dance er in één. “We hebben wel eens geprobeerd om hen in alle shows te laten optreden, maar dan zijn ze helemaal afgedraaid, dat is gewoon teveel”, aldus de dames. “Maar in die ene show geven ze alles en doen ze op het podium alles wat ze geleerd hebben, ondanks de twijfel die we wel eens hebben of het allemaal wel zal lukken. Ze halen er zoveel energie uit en stralen helemaal. Het geeft hen voldoening en zelfvertrouwen. En het publiek is lyrisch, evenals hun ouders. Zij denken wel eens dat dansen niet in hun kind zit. Maar wij zijn best wel streng en werken met de kracht van de herhaling. Als je je armen in de lucht doet bijvoorbeeld, moet je die van ons wel echt strekken. En aan het eind van het seizoen doet iedereen dat dan ook gewoon!”
Shirley en Gaby dansen nu met een vaste club van zeven heel dankbare leden. De jongste is 12 jaar, de oudste 28. Ieder heeft zijn eigen niveau en muzieksmaak, waarbij het soms puzzelen is om alle neuzen dezelfde kant op te krijgen. “We proberen Top 40 nummers uit en kijken dan naar de reacties. Als bij een nummer van Armin van Buren iedereen gaat juichen, dan weten wij genoeg. Sowieso krijgt iedereen in de les een moment met zijn eigen muziek.”
Leden gezocht
Het verloop in de groep is laag, sommigen dansen er al net zo lang als dat Gaby en Shirley samen lesgeven. Maar ze zouden graag de groep wat groter zien. “We hebben al geflyerd en workshops gegeven op scholen, maar de groep groeit niet. Iets medisch zou ouders er bijvoorbeeld van kunnen weerhouden om hun kinderen op een sport te doen. Maar bij ons kan zo’n kind wel terecht omdat Shirley medisch onderlegd is. Wij dansen iedere maandagavond van 19.15 tot 20.15 uur in het Floracollege. Interesse? Geef je op via [email protected] of [email protected].”
Gaby en Shirley zijn enthousiast en onafscheidelijk. Ze zijn even noodgedwongen uit elkaar, omdat Shirley net is bevallen van haar tweede kind. “Maar daarna ga ik gewoon weer dansen. Samen met Gaby. Want het is samen, of niet. Als één van ons tweeën zou stoppen, dan is dit wel in overleg met de ander!”
Gerard van Bortel
Gerard van Bortel Gerard begeleidt statushouders: “Brug slaan tussen leefwereld mensen en systeemwereld overheid”Het vele vrijwilligerswerk dat Gerard van Bortel doet, heeft een duidelijke rode draad: wonen. “Zorgen dat mensen op hun plek zijn en niet in de raderen van het systeem worden vermalen. Dit kun je op allerlei niveaus doen.”Lokaal zet Gerard zich in bij VluchtelingenWerk Nederland als Coach Vestiging en Maatschappelijk Begeleider in het Westland. Tevens is hij voorzitter van de Kerngroep Wonen, Welzijn en Zorg (WWZ) binnen de Adviesraad Sociaal Domein Westland (ASDW). En zorgt hij in de “stoelenploeg” van de Oude Kerk Naaldwijk er ook voor dat iedereen op zijn plekje kan zijn, maar dan tijdens activiteiten die week. Op landelijk niveau zit hij in het bestuur van de Woonbond en heeft hij een (betaalde) functie als Lid Raad van Toezicht van Woningstichting Het Grootslag in Wervershoof, en Lid Raad van Commissarissen van Woningstichting Rochdale.TetrisDit alles doet hij naast zijn werk als universitair docent aan de Faculteit Bouwkunde van de TU Delft, waar zijn specialiteit ligt bij betaalbaar wonen. “Een vrij flexibele baan voor drie dagen in de week, waardoor ik de ruimte heb om dit alles te doen”, aldus Gerard. “Maar strak plannen is hierbij wel een vereiste. Ik vergelijk het maar met het computerspel Tetris, waarbij je blokjes passend in elkaar laat vallen. Dat is ook een vereiste in mijn volle week.”Zijn functie bij VluchtelingenWerk beslaat twee fases in het leven van de statushouder. Gerard: “Als deze een woning toegewezen krijgt, ga ik als Coach Vestiging mee naar de sleuteloverdracht en het tekenen van het huurcontract. Ook help ik met bijvoorbeeld het aanvragen van een bijstandsuitkering, het regelen van de zorgverzekering en het vinden van een huisarts. Na een paar weken verandert mijn rol in die van Maatschappelijk Begeleider, waarin ik fungeer als vliegende keep bij het oplossen van problemen. Dit kan gaan om het aanvragen van een vrijstelling van gemeentelijke belastingen, tot ernstigere zaken als ruzie in het gezin, burenconflicten en schulden. Ik leg dan een link met instanties, die daarin kunnen helpen. Bijvoorbeeld het Sociaal Kern Team (SKT), Vitis Welzijn en de Belastingdienst. Dit gaat me vrij gemakkelijk af en ik vind het ook leuk. Als ik voor iemand een vrijstelling moet aanvragen of problemen met bijvoorbeeld de huurtoeslag moet oplossen, denk ik dan ook: “Dat varkentje gaan we wel even wassen!”Die rivier overGerard ziet zichzelf hierbij als een bruggenbouwer. “Je hebt te maken met de leefwereld van mensen en de systeemwereld van de overheid. Als vrijwilliger ben ik dagelijks bezig een brug te slaan tussen die twee. Soms is dit heel simpel, als je de weg maar weet, de taal kent en het zelfvertrouwen hebt om bijvoorbeeld een mail te sturen naar de gemeente. Zijn er bijvoorbeeld problemen met een bijstandsuitkering, dan probeer ik met de ambtenaar een oplossing te vinden. Ik ben een soort oliemannetje, een verbinder. Ik geloof ook sterk in het met elkaar in gesprek blijven. Je kunt wel boos worden op een bedrijf of instantie, maar die worden daar meestal niet warm of koud van. Soms moet je aan beide kanten van die brug gaan staan. Je zult toch echt die rivier over moeten om iets te bereiken! Deze ervaringen die ik opdoe in mijn werk voor statushouders, kan ik overigens ook weer op een positieve manier gebruiken in mijn werk voor de ASDW.” Momenteel zet Gerard zich in voor twaalf gezinnen in het Westland. Dit kunnen man, vrouw en zeven kinderen zijn, maar ook éénpersoonshuishoudens. “Ik begeleid hen voor de periode van een jaar, en draag dit dan over aan Vitis Welzijn. In de praktijk komt het er wel eens op neer dat ik wat langer begeleider blijf, als ik het gevoel heb dat er nog teveel dingen spelen. Dan ga ik dit niet zomaar bij Vitis over de schutting gooien, maar zorg eerst dat de situatie gestabiliseerd is. Pas dan is het tijd voor de zogenaamde “warme overdracht”. Hierbij stopt de vaste begeleiding door VluchtelingenWerk en gaat over naar Vitis, die de cliënt verwijst naar bijvoorbeeld de Formulierenbrigade of het Buurt Informatie Punt. Maar dit betekent niet altijd dat ik dan gerustgesteld ben. Als ik merk dat mensen na de warme overdracht nog vaak een beroep doen op Vitis, dan denk ik: “Oei”…..”Best strengGerard is echter niet de persoon die dit soort dingen mee naar huis neemt. “Ik ben gewoon niet zo bedraad. Ik ben zeker empathisch, maar er niet in die mate door geëmotioneerd dat je niet helder meer kunt communiceren met instanties en bedrijven. Ik ben naar de cliënt toe soms ook best streng. Die spreken vaak beperkt Nederlands en kijken in een gesprek dan hulpzoekend naar een collega-vrijwilliger die hun moedertaal spreekt. Ik zeg dan vaak: “We gaan niet vertalen, jij moet de taal leren!” Dat werkt in mijn ogen toch echt het best om hun zelfredzaamheid te vergroten.”
Lees het verhaal